Actuele Beschouwingen



Race to the bottom



2 september 2017

Over inkomen dient belasting te worden betaald. Hoewel niet populair, gaan we schoorvoetend akkoord met belastingheffing. We willen immers de collectieve voorzieningen in stand houden. Ook grote ondernemingen dienen een duit in het zakje te doen door middel van de zogenaamde vennootschapsbelasting (vpb).

Ondernemingen als Shell, Philips en de ING-bank zijn naamloze vennootschappen. Ze dienen over de winst een zeker percentage belasting te betalen, de vennootschapsbelasting. In Nederland ligt dat percentage ergens tussen de 20 en de 25. Omdat veel ondernemingen slimme fiscalisten in dienst hebben, komt het effectieve percentage vpb, dus het percentage dat werkelijk betaald wordt, vaak onder de 20 procent uit.

In de jaren tachtig kwamen in Europa nog vpb-tarieven van rond de 50 procent voor. Midden jaren negentig lag het percentage vbp in Nederland rond de 35, inmiddels dus 10 procentpunt lager. Niet alleen in Nederland, overal nam de belastingdruk voor grote ondernemingen af. Bang als overheden zijn dat bedrijven zich vestigen in landen met een voor hen gunstig belastingklimaat, verlaagden ze de vbp. Er is in dit opzicht sprake van een race to the bottom.

Landen als Ierland en Cyprus hanteren inmiddels (formele) vpb-percentages van rond de 10 procent. Geruchtmakend was de deal die Apple met Ierland sloot, waardoor het bedrijf op een gegeven moment minder dan 1 procent winstbelasting betaalde. De Europese Commissie kwam met een forse naheffing. De juridische afwikkeling zal nog wel even op zich laten wachten.

Het punt is dat we voorzieningen als infrastructuur, onderwijs en het justitieel systeem graag in goede conditie willen houden. Daarnaast hechten we, de een meer dan de ander, aan inkomensherverdelende maatregelen, zoals de sociale uitkeringen. Door de fiscale wedloop tussen landen dreigen die voorzieningen onder druk te komen, dan wel krijgen burgers de rekening gepresenteerd in de vorm van hogere belastingen.

Doordat grote ondernemingen fiscaal in de watten worden gelegd, moet het gat dat aldus ontstaat worden opgevuld. In feite draaien de burgers dus op voor de gevolgen van de beschreven belastingconcurrentie.

Ook grote ondernemingen hebben belang bij goede collectieve voorzieningen. Het valt zeer te hopen dat er binnen de Europese Unie consensus gaat ontstaan over het stoppen van deze race to the bottom. Het is burgers immers niet uit te leggen dat de hoge winsten die momenteel gemaakt worden, slechts mondjesmaat worden belast.


Actuele Beschouwingen