Golven
De zee is voor economen altijd een bron van inspiratie geweest. Golven bijvoorbeeld hebben altijd hun warme belangstelling gehad. Ook de eb-en-vloed-beweging heeft haar sporen nagelaten in het economisch denken. De in Sneek geboren socialist Sam de Wolff heeft eens een boek geschreven met de titel Het economisch getij. Hij onderzocht de zogenaamde langegolfbeweging, die ongeveer vijftig jaar zou moeten duren. Naast de golven die ieder ogenblik op de kust stuk slaan, heeft de geschiedenis volgens hem een tragere cyclus in petto.
De economie kent heel wat golfbewegingen. De kortste is de seizoenbeweging. Bouw, landbouw en horeca zijn nog steeds gevoelig voor het verloop van de seizoenen. Niet overal in de wereld evenveel, uiteraard. Hoe dichter we bij de evenaar komen, des te minder de economie gevoelig is voor de seizoenschommelingen. Deze zeer korte golf is duidelijk aanwezig, daarover hoor je zelfs economen niet van mening verschillen.
De vijftigjarige golfbeweging daarentegen leidt in de economieboeken een wat moeizamer bestaan. Meestal wordt de ontdekking van deze langegolfbeweging aan de Russische econoom Nikolaj Kondratief toegeschreven, maar onze eigen Sam de Wolff was hem voor. Trouwens, een andere socialistisch econoom, J. van Gelderen, schijnt nog weer eerder te zijn geweest. Misschien wandelden Nederlandse socialisten graag langs het strand. De kust mag dan inspirerend werken, onomstotelijke waarheden worden er niet opgedaan. Er zijn waarschijnlijk evenveel economen die het bestaan van een lange golf betwijfelen als economen die erin geloven. Er is wel veel onderzoek naar deze golfbeweging gedaan, maar de resultaten hebben nog niet iedereen overtuigd.
Tussen seizoen- en langegolfbeweging zeggen economen verschillende ‘medium’-golven gevonden te hebben. Doorgaans worden deze golven met de term conjunctuurbeweging aangeduid. Zo is er gewag gemaakt van een cyclus van vier à vijf jaar, maar ook één die ongeveer tien jaar duurt. Bovendien bewegen al dit soort cycli op een ingewikkelde manier door elkaar, zodat je al snel door de bomen het bos niet meer ziet.
Hoe serieus moeten we de gedachte van een regelmatige golfbeweging in de economische bedrijvigheid eigenlijk nemen? Wie op het strand een tijdje naar de aanrollende golven zit te kijken, zou op het idee kunnen komen dat de ene golf de andere zonder mankeren opvolgt, maar dat een strenge regelmaat ver te zoeken is. Misschien is moeten we de economie zien als een tamelijk toevallig verlopend proces, waarvan de uitkomst vergelijkbaar is met die van het dobbelspel, de gokkast of het weer.
Economie in Beelden