Actuele Beschouwingen



Vermogensverdeling



11 februari 2017

Nederland wordt doorgaans als een egalitair land gezien. Al in de zeventiende eeuw viel het buitenlanders op hoe gering de sociale afstand tussen de dienstmeisjes en hun dames was. Niemand hoefde zich meer te voelen dan een ander. En dat is eigenlijk nooit veranderd.

Dat egalitaire komt tot uitdrukking in de Nederlandse inkomensverdeling. Er zijn weinig landen met kleinere inkomensverschillen dan Nederland. Een veel gebruikte maatstaf is de zogenaamde Gini-coëfficiënt. Hoe kleiner deze coëfficiënt is, hoe gelijkmatiger de inkomensverdeling. Nederland heeft met landen als Denemarken en Zweden een Gini-coëfficiënt van rond de 0,25 en behoort tot de top-5 als het om een gelijkmatige inkomensverdeling gaat. Vergelijk dat met de Gini-coëfficiënt van de Verenigde Staten: 0,45, bijna het dubbele.

Des te verrassender is het dat de Nederlandse vermogensverdeling tot de meest ongelijkmatige ter wereld behoort. Denk daarbij aan zaken als spaargeld, beleggingen, onroerend goed. Ook van de vermogensverdeling kan de Gini-coëfficiënt worden berekend. Voor Nederland komt die uit op 0,89, vergelijkbaar met die van de Verenigde Staten. Iets concreter: de top 1 procent van de Nederlandse vermogensbezitters heeft een kwart van het totale vermogen.

Nu moet gezegd dat het opgebouwde pensioenvermogen hierin niet is meegenomen. Nederlanders hebben tijdens hun loopbaan vaak forse pensioenaanspraken opgebouwd. Maar het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) telt deze aanspraken niet mee. Het gaat immers om vermogen waarover je niet vrij kunt beschikken, dat vervalt bij overlijden en dat niet overerfbaar is. Maar zou je het wel meetellen, dan daalt de Gini-coëfficiënt van de vermogensverdeling tot 0,68. Niettemin vertoont Nederland wat gelijkheid dan wel ongelijkheid betreft twee gezichten, een gelijkmatige inkomensverdeling en een scheve vermogensverdeling.

De Nederlandse vermogensverdeling is dermate scheef, dat het CBS niet alleen het gemiddelde vermogen publiceert. Het gemiddeld vermogen van een Nederlandse huishouding met aftrek van schulden was in 2015 — recentere cijfers zijn er niet — zo’n € 173.000. Een dergelijk bedrag zal velen echter niet bekend voorkomen. Dit bedrag zegt ook weinig, aangezien het gemiddelde flink omhoog wordt getrokken door een paar zeer grote vermogens van soms wel boven het miljard. Het CBS publiceert ook het mediane vermogen, de middelste waarneming als de vermogens van laag naar hoog zijn gerangschikt. Het mediane vermogen, ook wel doorsneevermogen genoemd, lag in 2015 iets onder de € 20.000. Klinkt u waarschijlijk vertrouwder in de oren.


Actuele Beschouwingen