Actuele Beschouwingen



De factor arbeid levert in



6 mei 2017

West-Europa is een welvarend en stabiel eiland in een arme en onveilige wereld. Toch zijn er veel ontevreden burgers, zoals het succes van populistische partijen in Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk en ook Nederland aantoont. Het lijkt een wat merkwaardige paradox te zijn.

Laten we terugkijken tot 1950, toen het Europees project begon. De gemiddelde koopkracht in West-Europa is sinds die tijd ruim vervijfvoudigd, een historisch gezien ongeëvenaarde prestatie. Die vertaalde zich in bijvoorbeeld een hogere gemiddelde levensverwachting bij de geboorte: 65 jaar toen, 80 jaar nu. En zeker niet onbelangrijk, we zijn verschoond gebleven van oorlogen, die lange tijd bijna tot de normale gang van zaken leken te behoren.

Zonder twijfel is de welvaart in West-Europa op lange termijn gestegen. Maar wie vergelijkt zichzelf met zijn ouders of grootouders rond 1950 of met een inwoner van een sub-Saharaland? Wat telt zijn ontwikkelingen dichtbij. En die ontwikkelingen geven wel enige reden tot zorg.

Een belangrijke reden voor die zorg is het achterblijvende aandeel van de productiefactor arbeid in het totale (nationale) inkomen. Het Centraal Bureau voor de Statistiek heeft laatst een herberekening gemaakt, rekening houdend met het loon van zzp’ers (zelfstandigen zonder personeel). Er is nu rekening mee gehouden dat zzp'ers minder verdienen dan werknemers met een vaste baan. Uit die alternatieve berekening blijkt uiteraard dat het aandeel van de productiefactor arbeid in het nationale inkomen lager uitvalt dan eerder gedacht. De afgelopen twintig jaar is dat aandeel gezakt van 79 tot zo’n 73 procent van het nationale inkomen.

Nederland is niet het enige land waar de factor arbeid inlevert. In alle westerse landen lijkt dat het geval te zijn. Deze bevindingen kloppen met de theorie van de Franse econoom Thomas Piketty, die ervan uitgaat dat de groei van het vermogen (spaargeld, aandelen, onroerend goed) harder gaat dan de groei van de economie als geheel. De factor arbeid betaalt dan de rekening met een geringer aandeel in het nationaal inkomen. Een toenemende ongelijkheid is het resultaat.

We mogen ons dan gelukkig prijzen in een rijk en stabiel deel van de wereld te wonen, er zijn kiezers die daar niet van onder de indruk zijn. Zij zien hun relatieve positie verslechteren, een positie die in hun ogen bovendien bedreigd wordt door de instroom van vluchtelingen. Het versterken van de sociale veiligheid voor deze kiezers is een van de vele uitdagingen in de kabinetsformatie.


Actuele Beschouwingen